“Vertel het maar” zei de arts tegen mij in de behandelkamer van het ziekenhuis.
“Waarschijnlijk heb ik mijn knieën tijdens het sporten overbelast. Sinds een paar jaar heb ik er last van en het wordt steeds erger” vertelde ik.
Ze keek op de röntgenfoto die vlak voor deze afspraak was gemaakt en zei: “Ik kan niets vinden. Het bot ziet er goed uit, er is niets versleten.”
“Dat is een pak van m’n hart” zei ik opgelucht, “maar ik heb wel pijn bij het traplopen of als ik over de brug wil fietsen. En vooral als ik op een stoel ga zitten. Dan lijkt het alsof er iets in mijn knie gestoken wordt. Wat kan dat zijn?”
Ik mocht op de behandeltafel gaan liggen. Ze bewoog mijn rechterbeen in allerlei richtingen.
“Voel je dit?” – “Nee.”
“Dit dan?” – “Nee, ik heb geen pijn als ik plat lig.”
“Er zit geen vocht in en je kan ook overstrekken, dat is goed” merkte ze op.
Ik kan niets vinden
“Ik kan niets vinden… Ik kan wel een MRI laten maken maar daar zie je toch niets op. Het is net als spierpijn. Je moet gewoon elke keer verder door de pijn heen, dan wen je er vanzelf aan. Wist je dat je 8 aspirientjes per dag mag?”
“Forceer ik dan niets?” zei ik verbaasd, “U weet niet wat ik heb, maar ik moet toch door de pijn heen? Het voelt namelijk niet als spierpijn en als ik lig heb ik er geen last van. Het is een scherpe steek in mijn knie als ik wil zitten.”
“Nou, als je na een tijdje met zó’n dikke knie loopt,” ze deed haar handen ruim over haar eigen knie heen, “kom dan nog maar eens langs.”
Ik kwam van de behandeltafel af en hield de rugleuning van de stoel voor mij goed vast. Ik deed voorzichtig een zitbeweging. “Kijk hier schiet het meteen erin!” Ik wees nogmaals de specifieke plek aan.
Ze keek niet op van haar computer. Ze zag amper welke beweging ik maakte en ook niet waar ik aanwees.
“Misschien zit er een scheurtje in je meniscus,” mompelde ze naar haar beeldscherm, “dan heb ik dat zo opgelost. Gewoon even pats-pats en dan doet ie het weer.”
Leefstijl
Ze draaide zich vervolgens naar me toe en zei out of the blue: “Ik denk dat je je leefstijl moet aanpassen. Gewoon wat meer lopen.”
“Ik loop genoeg” zei ik verontwaardigd.
“Ach je bent nog zo jong,” vervolgde ze “als iemand van 70 dit zou hebben dan denk ik allá, maar bij jou niet. Jouw levensstijl beperkt en beïnvloedt je hele leven. Zo kun je toch niet lang op je benen staan of winkelen in de stad?!”
“Ik loop dagelijks vier keer met mijn hond,” schoot ik in de verdediging. “Ik heb trouwens een hekel aan winkelen en ik heb ook geen staand beroep.”
“Dat komt omdat jij je hele leven hebt aangepast aan je knie,” beet ze me toe. “Jij mag dankbaar zijn dat je hier zo snel terecht kon.”
Het was even stil.
“Als u niet weet wat het is, mag ik dan toch een MRI?” vroeg ik voorzichtig.
“Ik denk niet dat je er veel op ziet” zei ze kortaf.
“Ik wil toch graag een MRI” zei ik stelliger.
Geen reactie.
Toen herinnerde ik een tip van andere Fat Activisten, die ongeveer hetzelfde hadden meegemaakt: “Wilt u dan in mijn dossier zetten waarom u mij geen MRI wilt geven?”
Ze draaide zich weer naar haar computer en typte zonder wat te zeggen op haar toetsenbord.
“Goed dan, maar verwacht er niet te veel van” zei ze tot slot.
Diagnose
Een paar weken later ging ik bij dezelfde arts langs, om de MRI te bespreken.
“Verleden keer zei ik nog dat we een MRI moesten laten maken want ik kon niet genoeg op de foto zien” zei ze hartelijk. “Je hebt artrose. Dat is niet te genezen, maar er valt wel mee te leven.”
Ze boog wat voorover en keek me medelevend aan “Je zal het vooral voelen met traplopen of tegen de brug op fietsen. Ga vooral veel wandelen en doe oefeningen. Je versterkt dan je spieren eromheen maar let goed op dat je het niet overbelast. Als het pijn gaat doen moet je stoppen.”
Met opgetrokken wenkbrauwen hoorde ik dit aan. Was dit dezelfde arts? Ik herinnerde me ons gesprek van een paar weken terug toch heel anders.
“Ja ja,” ging ze vrolijk door, “en je zal het niet leuk vinden om te horen maar je moet toch wat afvallen. Elke kilo die je minder belast op je knie is er weer één!”
De moed zonk me in de schoenen… daar gaan we weer.
Je moet toch wat afvallen
“Hoe dan?” vroeg ik. “Ik ben al meer dan 20 jaar op dieet en door het jojo-en juist dikker geworden. Ik ben uiteindelijk beland in een kliniek toen ik ten einde raad was.”
Ik had thuis al geoefend wat ik zou zeggen als dit advies zou krijgen.
“Ik beweeg nu regelmatig en heb eindelijk een gezonde relatie met eten maar afvallen gebeurt gewoonweg niet. Wat ik ook probeer. Ik heb me daarbij neergelegd.”
Toch voelde het ergens gênant. Alsof ik moet verklaren waarom ik dik ben geworden en bewijzen dat ik een brave dikkerd ben. Dat ik iemand ben die zich aan de juiste morele leefregels rondom beweging en voeding houdt ‘ondanks’ mijn dikke lichaam.
Zou ze beginnen over een maagoperatie? Ik had kortgeleden iemand close to me verloren aan de gevolgen hiervan. Ik had mijn pantser al opgetrokken en was klaar voor deze discussie. Met mijn kin omhoog keek ik haar aan. Kom maar op!
“Prima, ga zo door” zei ze glimlachend. “Succes ermee!”
Onthutst liep ik terug naar de tram. Aan de ene kant opgelucht omdat ik toch een diagnose had gekregen en beter wist hoe ik ermee om moest gaan. Aan de andere kant boos op de manier waarop dit allemaal gegaan was. Het zou niet zo moeilijk hoeven zijn.
Dik Bij De Dokter
Mijn verhaal voor Dik Bij De Dokter is niet uniek. Het is by far niet het ergste dat je kan overkomen. Maar een arts hoeft je ook niet uit te schelden voor ‘vetklep’ voordat het als gewichtsdiscriminatie gezien kan worden. Juist deze verhalen zijn kenmerkend over de onwil en vooroordelen waar we tegenaanlopen. Maar ook de geïnternaliseerde gevoelens waarmee je zelf kan worstelen. En hoe je in posities wordt gemanoeuvreerd waar je niet wil zijn. Nu (jaren later) zou ik het waarschijnlijk anders aanpakken.
Bij Dikke Vinger willen we benadrukken dat het niet uitmaakt hoe je leefstijl is omdat iederéén goede zorg verdient. Niet iedereen kan of wil (regelmatig) bewegen. Je zou je niet gedwongen moeten voelen om je te verontschuldigen voor je dikke lichaam, leefstijl of gezondheidsstatus tegenover artsen in autoriteitsposities. Iedereen heeft recht op een goede diagnose en passende behandeling.
Supportpakket
Dikke Vinger is daarom het project Dik bij de Dokter gestart. Waarmee we ervaringen verzamelen en waar we op onze website tips en tools aanbieden waarmee jij beter voor jezelf op kan komen in dit soort situaties. Zoals een flyer om bij je dokter achter te laten of op voorhand anoniem toe te sturen. Zo kan jouw arts via de QR code op de flyer een brochure downloaden met tips om betere zorg te bieden aan dikke mensen.
Heb jij je pakket al gedownload?